phone icon-phone-24 arrow linkedin facebook twitter close mail print checkmark camera

De Volharding sinds 1880

Een begrip in Den Haag

Vraag wat oudere Hagenaars of De Volharding hen iets zegt en velen zullen een positief antwoord geven. Ze zullen iets roepen over uitvaartzorg, over een ziekenhuis, een apotheek of een kruidenierszaak. Of over het ziekenfonds Azivo. Er zullen mensen zijn die het gebouw op de Grote Markt noemen of de panden in de Roggeveenstraat en Prins Hendrikstraat. Misschien verwijzen ze wel naar dit magazine. En er zullen mensen zijn die vertellen dat ze in de kraamkliniek van De Volharding geboren zijn. De Volharding is dan ook een begrip in Den Haag. Maar hoe zat en zit het nu precies met deze coöperatie? Hoe het is ontstaan en wat deed coöperatie allemaal? Daar is veel over te vertellen.
Kantoorpand van De Volharding, aan de Grote Markt, 1929
De Volharding al bijna 150 jaar een begrip in Den Haag

TEKST: EDOUARD VAN AREM HISTORISCHE BEELDEN: COLLECTIE HAAGS GEMEENTEARCHIEF

Opkomen voor de belangen van arbeiders

Om maar bij het begin te beginnen: De Volharding is opgericht op 8 april 1880. In een tijd dat in Den Haag slechts 113.400 mensen woonden. In een tijd ook dat de arbeidsomstandigheden van arbeiders niet best waren. De industrialisatie was in volle gang. Arbeiders maakten lange dagen, moesten heel hard werken voor weinig loon, onder zware omstandigheden en met nauwelijks sociale zekerheden.

Het waren de jaren waarin de arbeiders zich gingen verenigen om op te komen voor hun belangen. Het socialisme kwam op. Maar dat verenigen in een politieke beweging, was in die tijd niet gemakkelijk. Er was veel weerstand vanuit de heersende elite die hun positie in gevaar zagen komen. Om de politieke weg te omzeilen en om toch de zwakkeren in de samenleving te helpen, zocht men een andere manier. En dat was het oprichten van een coöperatie. Geen politiek, maar een organisatie met een gemeenschappelijk doel. In 1879 sprak Ferdinand Domela Nieuwenhuis, predikant in Den Haag, later oprichter van De Sociaaldemocratische Bond veelvuldig over coöperaties als zijnde verenigingen die opkomen voor de materiële belangen van haar leden, overeenkomsten met hen afsluiten en winst (dividend) aan hen mogen uitkeren.

Bakkerij De Volharding aan de Delftstelaan 58, circa 1920
Bakkerij aan de Delftselaan 58, circa 1920

Volksbroodbakkerij

Een coöperatie. Dat was het middel voor een aantal Hagenaren om wat te doen aan de omstandigheden van arbeiders. In het geval van De Volharding werd dat een coöperatieve volksbroodbakkerij. En zo kon het gebeuren dat op 8 april 1880 de ’s-Gravenhaagsche Volksbroodbakkerij werd opgericht. Tot de oprichters en eerste bestuursleden behoorden Rudolf Flinterman, stoffeerder bij de firma Kerling in de Wagenstraat, Willem Jos, meubelmaker en Louis de Rop, stoffeerder.
De oprichters verzamelden kapitaal om een bakkerij te kunnen inrichten. Doel van de coöperatie was om aan hun leden tegen gunstige tarieven brood te verkopen. De eerste bakkerij werd gevestigd in de Paulus Potterstraat 231. Daar bakten twee bakkers op 6 juli 1880 de eerste broden voor de 183 leden die de coöperatie toen had. Om die twee bakkers, die in dienst waren gekomen van de coöperatie, een hoger loon te kunnen betalen en minder uren te laten werken dan bij een particuliere bakker, leverden de bestuursleden de eerste weken een deel van hun eigen weekloon in, zodat er geld was om de bakkers te kunnen betalen. Dat deden zij tot bij de coöperatie voldoende geld binnenkwam voor het loon. De bakkerij verhuisde later naar een groter pand, aan de Delftselaan. Van het een kwam het ander. Naast brood, besloot men ook om via een spaarsysteem in de winter erwten, bonen en ‘grutterswaren’ te leveren. Dat leidde tot een afdeling kruidenierswaren.

 

Een ondersteuningsfonds bij ziekte

Belangrijk was de oprichting van een ziekenfonds. Een fonds met geld voor zieke leden die te weinig geld hadden om brood en andere zaken te kopen. Die konden vanuit het ziekenfonds ondersteund worden. In de buitengewone algemene ledenvergadering van 15 november 1883 is een reglement aan de orde gesteld voor een op te richten ‘Ondersteuningsfonds bij ziekte’, waarvan artikel 20 bepaalde dat bij ziekte dertien weken vrij brood kon worden genoten. Later volgden ook maatregelen tot het uitkeren van betalingen bij ziekte en overlijden. Het later als Azivo bekende ziekenfonds was geboren. Om de zieken te kunnen helpen, kwamen er ook apotheken, een kraamkliniek, tandartsendiensten en een ziekenhuis aan de Gedempte Burgwal, dat tot 1974 actief is geweest.

 

Apotheek De Volharding aan de Van Ostadestraat 202, circa 1950

Steeds professioneler

In de jaren na de eeuwwisseling, groeide en bloeide De Volharding. Van een organisatie en bestuur bestaande uit vrijwilligers, werd het een vereniging met medewerkers en een directie die betaald werden. De coöperatie doorstond de oorlogsjaren, al was het moeilijk. In 1942 leed de coöperatie een groot verlies. De communicatie met de leden was moeilijk, producten gingen op rantsoen, vergaderen was door het invoeren van een avondklok lastig of onmogelijk en de evacuatie van vele oudere leden naar Duitsland zorgde voor minder inkomsten. Na de oorlog moesten de winkels vaak met niets opnieuw beginnen. Het was in de oorlog ook een stuk moeilijker om het contact met de leden te onderhouden. Maar het lukte De Volharding om door te gaan.

Apotheek van de Volharding
Afdeling Kruidenierswaren De Volharding aan de Valkenboslaan 266, circa 1912
Kraamkliniek De Volharding aan de Nieuwe Duinweg 24, circa 1947

Lees het complete artikel in Volharding Magazine nr 2, zomer 2018.